Little Miss Sunburn
Door: Sneeuwwitje
Blijf op de hoogte en volg Marte
06 Juni 2008 | Zweden, Bunn
De boten werden gemakkelijk verdeeld: Danial en Regina natuurlijk samen, Manon wilde met mij een boot delen en Valeska en Kerstin gingen ook samen. Dan bleef alleen Irene nog over… en die mocht dus met Manon en mij mee. Drie personen in een kano, dat wil dus zeggen dat er twee peddelen en eentje rustig kan blijven zitten. Hoewel, rustig… Dat is niet aan Irene besteed. We hadden haar de kaart en het fototoestel gegeven, en dus kweet ze zich energiek van haar taak om elke steen in het water en elke mooie tak in een boom langs het meer te fotograferen. Het kaartlezen zelf lukte vrij goed – tot we de afslag moesten hebben maar dat is een ander verhaal. Manon en ik schoten flink op, na heel eventjes aftasten hadden we ons ritme gevonden en waren we goed op elkaar ingespeeld. De andere kano’s hadden wat meer moeite, zij waren vooral goed in het zigzaggen van de ene kant van het meer naar de andere… Maar het weer was prachtig en de wind zat dan wel tegen maar niet te erg, en dus genoten we van ons tochtje.
Na een poosje moesten we ergens een kanaal vinden, linksaf en niet zichtbaar tot we er waren volgens de kanomevrouw. We tuurden op de kaart en zochten de hele linkerkant af, maar nergens vonden we een doorgang. Waren we verkeerd gevaren? Hadden we iets gemist? Danial en Regina besloten terug naar de andere kant een stukje te varen om te gaan zien of we daar iets gemist hadden, Manon en ik besloten tot helemaal het einde van het meer te varen om te zien of daar misschien een afslag was. Kerstin en Valeska bleven in het midden als merkpunt. We vaarden tot zo dicht mogelijk bij het riet en… ja hoor! Daar was het kanaal dat we nodig hadden! Juichend riepen we de anderen. Omdat die een beetje ver weg zaten, moesten we natuurlijk even op hen wachten, en dus vonden we er niet beter op dan even in het riet te parkeren. Gelukkig geen rietzwijnen gezien – in de plaats dan maar piraat gespeeld en geprobeerd om de anderen te enteren (al ging dat niet zo makkelijk in het Engels). Het was ook niet zo simpel om weer uit het riet te komen, maar geweldig als Manon en ik zijn is het ons toch zonder kleerscheuren gelukt. En zo konden we weer verder varen op het kanaal.
Het was overigens veel makkelijker om op het kanaal te varen dan op het open meer – minder stroming – en er was ook iets meer schaduw van de bomen om ons heen. Maar de road ahead zag er prachtig uit, ik voelde mij meteen weer geweldig thuis op het water. Terugdenken aan al die leuke herinneringen van de kanotocht een paar jaar geleden met Zussie en het Rietzwijn en zo… Misschien moeten we zoiets nog maar eens doen, met een hoopje leuke mensen. Want dit is Zweden op zijn best! Na een poosje van dat Zweden op zijn best kregen we honger. We besloten nog eventjes verder te varen tot we uit het kanaal waren en terug op het meer zaten. Daar zou ergens een leuk eiland moeten zijn waar we konden picknicken. We vaarden dus nog een poosje dapper door en vonden uiteindelijk een goed eiland waar we de boten konden aanleggen en waar wij op een rots konden klimmen die in het water uitstak. Daarop konden we lekker in het zonnetje liggen als zes zeemeerminnen en een zeemeerman, en intussen onze lunchpakketjes opeten. Irene en Manon waren zelfs dapper genoeg om even te gaan zwemmen. We bleven een klein uurtje op het eiland voordat het tijd was om weer terug te varen. Maar toen ik opstond… bleek dat ik in een nest rode mieren was gaan liggen. Ze hebben mij niet gebeten – of toch niet op dat moment – maar ze zaten wel overal over mij heen. Woeps… ik borstelde de beestjes dus van mij af en toen trokken we weer naar de boten. Het was niet zo simpel om er weer terug in te raken, vooral niet voor Manon. Zij had mij en Valeska – geruild met Irene – eerst in de boot laten stappen en toen ze er zelf in wilde stappen raakte ze met haar voet vast tussen twee stenen. De boot vaarde over haar heen en… plons! Daar ging ze het water in! Gelukkig raakte ze snel weer op de been en in de boot, en konden we weer vertrekken.
We vaarden vrij snel weer terug naar het startpunt, via dezelfde weg die er misschien nog zelfs mooier bij lag als eerst. Op het einde begon de kano een beetje vervelend te doen en naar links te neigen, tijd om ermee op te houden dus. We kwamen aan, de kano’s werden aangelegd en schoongemaakt, onze voeten afgedroogd en toen genoten we nog eventjes van de zon tot de taxi kwam. Intussen kwamen een paar van ons – waaronder ik – tot de conclusie dat de zonnecreme weinig geholpen had en dat we redelijk verbrand waren. Mijn ene arm – aan de andere niets te zien natuurlijk – mijn gezicht en een van mijn benen – wat redelijk bizar is gezien mijn benen normaal gezien moedwillig wit blijven hoe hard ik ook probeer ze in de zon te leggen. En even later kwam ik tot de conclusie dat er toch een mier meegelift was, en dat ze mij in mijn been gebeten had. Gemeen prikbeest…
De taxi kwam na een poosje, en intussen was iedereen doodmoe dus het was stilletjes in de auto. Ook in de bus naar huis – propvol schoolkinderen – hielden wij ons gedeisd. Thuis vertelden we aan iedereen onze avonturen, en toen ik na een poosje besloot eventjes op bed ging liggen besloten Annelien en Irene hun onenigheid eindelijk af te sluiten. Het gevolg hiervan was dat zij samen uitgingen met een heleboel anderen, en dat ik te moe was en thuis bleef. Ook Manon bleef hier, dus hebben we nog een poosje op mijn kamer gezeten voordat we in bed kropen. En ik viel in slaap, zo diep dat ik helemaal niets hoorde van het hele spannende avontuur dat zich ’s nachts op onze Vilhelmsrogang heeft afgespeeld. Zo doe je dat dus: stop mij een hele dag in een kano en ik slaap als een blok overal doorheen!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley